Meteen naar de inhoud
Home » Gedichten

Gedichten

’t Leven

terwijl verveling me meesleept
schreeuwt spanning me na
terwijl chaos me opvreet
fluistert orde m’n naam

Hoi

en toen haar hoi klonk als poëzie
had hij een probleem

Sluimerend

je laat altijd je sporen na
als sigarettenrook in een gordijn
of gemorste thee op een houten tafel
melancholisch bijna
doch fijn

Poëzie

poëzie is niet ritme
of ‘t kleine verhaal
niet de stille witregel
of rijmend moraal

poëzie is de leegte
waarheid ongewild
de hartslag te weinig
of juist die verspild

Knuffelen

haar leegte vulde zich
met de bas in zijn borst
en op elk zijn zucht
die haar hoofd deed
deinen danste
het verlangen

Spel

een beetje raar wel
maar ben het zo gewend
opgaan in een spel
dat geen winnaars kent

Umami

ik kus ’t zout
van z’n lippen
en proef ’t zoet
van z’n tong

zuur voor jou
tot ’t bittere eind

Minder

maar je hoeft d’r
niet te proeven
niet te pennen
of zo hard
aan d’r te denken
evenmin d’r is meer
dan genoeg zeer